Het is een mooie
dag vandaag, een dag die eigenlijk te laat komt, maar een dag waar ik
ontzettend naar heb uitgekeken. En misschien komt nooit iets te laat en is
alles gewoon net op tijd. En daarom goed, meer dan goed.
Na 383 dagen kan
ik de verlossende woorden eindelijk op papier zetten en uitspreken: ik ben
schoon. Ik ben gezond. Er zit geen kanker meer in mijn lijf. Eindelijk kan ik
verder met een volgend hoofdstuk. Eindelijk wil ik weer schrijven. Het is
zover!Ik durf weer naar voren te kijken, er mogen plannen gemaakt worden. Aan strak plannen doe ik niet meer. Eigenlijk bevalt het me al een hele tijd prima, te doen wat er op mijn pad komt en waar ik me goed bij voel. ‘Wat als’, is compleet zinloos gebleken. Voor nu is het goed en morgen is er weer een andere dag, met andere ideeën, andere mensen, gewoon anders omdat het kan. Anders omdat het goed voelt en om niets anders.
Dit afgelopen
jaar is als een soort waas aan me voorbij gegaan. Vaak heb ik gedacht dat ik
het allemaal wel bevatte, dat ik begreep wat er gebeurde, dat ik het besefte.
Beseffen is een vreemd iets, een zekere vorm van kunst waar een hoop talent en
bovenal tijd voor nodig is. Ik weet nu beter. De afgelopen tijd heb ik me
ontzettend naar gevoeld, eenzaam soms, vaak verward, bij vlagen bloed
chagrijnig en zelfs neerslachtig. Onzekerheid is een vervelend gegeven, een
feit waarmee we allemaal vroeg of laat geconfronteerd worden, maar zeker één
waarmee je moet leren omgaan. Misschien heb ik het eerder genoemd maar de
radioloog zei enige tijd geleden tegen mij ‘iedereen leeft in een soort naïeve
zorgeloosheid, dat kun jij niet meer, daar moet je mee leren omgaan’. Ze heeft
gelijk. Wat ik niet wil is van controle naar controle toeleven. Een verkeerde cel mutatie is zo gepiept, wat
vandaag goed is kan morgen anders zijn. Er nu van genieten, van het feit dat nu
alles goed is, is het enige wat ik kan doen. Met wat er wel of niet komt leer
ik op het moment dat het nodig is weer mee omgaan, dit is wat het is. Of zoals
ik onlangs geleerd heb, ze in Katwijk
zeggen: ‘Tis iet aers’. Zo simpel als: ‘het is niet anders’. Wat een berusting
de dingen te nemen en aan te gaan zoals ze komen als je ze niet bij machte bent
ze te veranderen.
Onrust is wat de
laatste tijd heeft overheerst. Teveel tegelijk willen, iedereen op de hoogte
willen houden, dit verwerken, genieten, redelijk zorgeloos zijn, bedenken wat
ik nu echt wil, ruimte maken voor verdriet, boos zijn, gelukkig worden,
vertrouwen krijgen in mijn lijf, tevreden zijn met wat is. Al die
hormoonremmers, spuiten en lymf drainages gaan je ook niet in de koude kleren
zitten. Ik geloof dat ik begin met de acceptatie dat ik me even heb willen
verstoppen en dat ik geloof dat ook nog vaker te zullen doen. Soms heb ik even
tijd met mezelf nodig, zonder de wereld aan te gaan, de mensen, zonder te
praten. Teveel prikkels maken me rusteloos en zijn vaak ook nog erg vermoeiend.
Het was een hele klus toe te geven dat de uitwerking van de aanslag die op mijn
lijf is gepleegd nog wat langer doorwerkt dan de datum in mijn agenda. Honderd
dingen op een dag doen en misschien zelfs honderd-en-één is er gewoon even niet
bij en het kan goed zijn dat ik de bewuste keuze maak om dat niet meer na te
streven. Deze stuiterbal stuitert even wat minder en dat is goed.
Naast de vele
dingen die ik nog niet weet, weet ik door deze afgelopen tijd een aantal dingen
wel. Die ik op deze manier dan ook maar wat graag even deel. Niets is
vanzelfsprekend. Een onvoorwaardelijkere liefde dan die van mijn ouders heb ik
niet kunnen krijgen, wat zijn deze twee mensen mijn steun en toeverlaat geweest
en zijn ze dat nog steeds. Niet alleen ben ik ze dankbaar voor de liefdevolle
zorg in de meest barre tijden, maar ook voor de acceptatie dat ik ben wie ik
ben en hoe ik met de dingen omga. Als ik zeg dat ik niet makkelijk ben, geef ik
dan toe dat ik moeilijk ben? We hebben elkaar nog zoveel beter leren kennen, ik
ben jullie nog zoveel meer gaan waarderen, dankjulliewel mag ik niet zeggen,
maar dat ik van jullie houd volgens mij wel. Dat geldt minstens net zozeer voor
mijn lieve zus, geweldige tantes en ooms, mijn bijzondere
surrogaat-maar-oh-zo-echte opa en oma, mijn dierbare tweede ouders en fop
zusje. Ouders van vrienden en vrienden die ik dit jaar nog zoveel beter heb
mogen leren kennen. En op een heel bijzondere manier voor mijn lieve
vriendinnen, mijn meissies, wat hebben jullie mij gedragen, wat voel ik me
sterk door jullie. Wetende dat jullie mijn koppigheid en mijn ik-red-me-heus-wel-en-ik-kan-het-allemaal-wel
soms vervloeken hoop ik ook dat jullie weten dat ik écht ook luister en bovenal
me enorm rijk voel met jullie en alleen maar hoop dat ik net zo’n steun en
toeverlaat voor jullie kan zijn als jullie voor mij. En ja, mijn beste
vriendje, jij hoort voor deze keer ook even bij mijn ‘meissies’. Het is niet te
bevatten hoeveel lieve mensen ik om me heen heb en ik kan jullie nooit genoeg
bedanken, geweldige oud en nieuw-collega’s ook in het bijzonder. Ik hoop dat
iedereen die mij een gedachte, een berichtje, een kaart, een hart onder de
riem, of wat dan ook heeft gestuurd zich aangesproken voelt en weet dat ik mij
een dankbaar en rijk mens voel. En dat is ook bedoeld voor de mensen die dit
afgelopen jaar op mijn pad zijn gekomen…want soms brengt een lange
bestemmingsloze reis je zoveel meer moois dan je had verwacht. Zo zit mijn
chemo-maatje voor altijd in mijn hart, samen met haar man, ik hoop dat wij
elkaar, al zit er nog zo lang soms tussen, blijven zien. Degene wiens hand ik heb
geschud enkel en alleen door de bewustwording dat nu leven het enige is wat ik
kan doen en die mij dichter bij mijzelf brengt, I started a joke my dear. De
ongelooflijk bijzondere, lieve mamma-verpleegkundigen, artsen, oncoloog,
radioloog en chirurg in beide ziekenhuizen, ik weet dat ik letterlijk alles aan
jullie te danken heb, maar naast jullie kennis en kunde, hebben jullie allemaal
door jullie warmte en genegenheid een diepe en onuitwisbare indruk op mij
gemaakt. Wat fijn dat ik jullie de
komende jaren nog zo vaak zie, dit is niet cynisch bedoeld, heus niet.
Wat ik ook weet
is dat ik een liefde heb gevonden in schrijven en dat ik nog veel meer wil
schrijven dan ik heb gedaan. Daar wil ik tijd voor maken en daar ga ik andere
dingen voor laten. Het hoeft geen doel te dienen. Nou ja, misschien een
glimlach, een bewustwording, een fijne twijfel of een overdenking op zijn tijd.
Als ik dat kan bewerkstelligen dan is dat fijn, heel fijn zelfs. Fijn is een
mooi woord. Fijn en voilà qui est fait…
En oh ja, een p.s.
hoe kan ik afsluiten zonder een Loesje en kan die stiekem nog toepasselijker J: ‘het universum
lacht me toe
De zon straalt mijn lach bij
En de wind
blaast me de wereld in’
Heel MOOI.
BeantwoordenVerwijderenHeel fijn Ravenna, dat het goed gaat.
Je stukjes heb ik altijd geboeid gelezen en als inspirerend beschouwd!
Heel veel liefs..